Participatie is, kort gezegd, het meedenken en meedoen in een initiatief van een ander waardoor jij geraakt wordt. Dit is niet alleen een wens, maar ook een recht van belanghebbenden. Gezien ontwikkelingen als die van de Omgevingswet en de energietransitie is het inrichten van goede participatieprocessen relevanter dan ooit. En bovendien niet alleen voorbehouden aan overheidspartijen.
Omdat het begeleiden van participatieprocessen steeds meer als vakmanschap wordt gezien, zijn er vanuit de theorie en praktijk verschillende (vuist)regels opgeschreven om houvast te bieden. Ze zijn te vinden in handleidingen met stappenplannen en overzichten van succesfactoren. Daar worden ze als do’s, don’ts en to do’s geformuleerd. Dit zijn regels als: betrek stakeholders vroegtijdig, wees transparant, toon oprechte interesse in de belangen van anderen, wees betrouwbaar en kom afspraken na, biedt ruimte voor interactie, schets kaders en doe aan verwachtingsmanagement en geef opvolging. We hebben ze samengevat in dertien vuistregels, die zo logisch lijken dat ze vaak als open deuren worden beschouwd.
Ondanks de behoefte aan en herhaaldelijk nadruk op deze (vuist)regels leidt dit echter lang niet altijd tot goede participatiepraktijken en raken deelnemers aan het participatieproces niet zelden teleurgesteld. De vraag is hoe het mogelijk is dat de kennis van goede participatie er is, maar dat die kennis lang niet altijd haar vruchten afwerpt. Elke vuistregel wordt herkend in de praktijk en zou in een ideale praktijk ook goed toe te passen zijn. Er is echter minder onderzoek gedaan naar de weerbarstigheid bij de toepassing van deze regels in de alledaagse institutionele praktijk van professionals. En daar willen wij graag verandering in brengen!
Daarom gaan Martine de Jong (TwynstraGudde/Erasmus Universiteit Rotterdam), Merlijn van Hulst (Universiteit van Tilburg) en Ingmar van Meerkerk (Erasmus Universiteit Rotterdam) graag in gesprek over de complexiteit achter de open deuren. Welke barrières, of beter gezegd grenzen, ervaren participatieprofessionals in de praktijk? Welk aanvullend repertoire hebben zij nodig om participatieprocessen tot een succes te maken? Als bijvoorbeeld belanghebbenden emotioneel zijn, collega’s de waarde van participatie niet zien of de politiek onverwachts afwijkend van de inbreng besluit.
Op basis van het gesprek en verder onderzoek wordt in opdracht van het Kennisknooppunt participatie van de Directie participatie in 2022 een essay geschreven dat voor alle deelnemers beschikbaar komt.